Heb je als ADHD’er te weinig dopamine?
‘ADHD? Dan heb je te weinig dopamine in je hersenen.’ Grote kans dat je dit weleens gehoord hebt, of zelf zegt. Het klinkt simpel. Helaas is het niet helemaal waar. Claire Orth, diëtist en tekstschrijver, legt uit hoe het wel zit.
Tekst: Claire Orth
Bij ADHD werkt het dopaminesysteem anders dan ‘gemiddeld’, maar niet iedereen met ADHD heeft standaard een dopaminetekort. Het gaat vooral om hoe dopamine wordt afgegeven, verwerkt en weer wordt opgenomen in de hersenen. Geen lege tank dus, maar een motor die nét anders loopt.
Wat is dopamine eigenlijk?
Dopamine is een boodschapperstof in je hersenen. Het helpt o.a. bij:
- je motivatie (waar heb je zin in, waar kom je van in beweging)
- aandacht vasthouden en je concentreren
- plannen en keuzes maken
- omgaan met beloning en prikkels.
Je hebt dopamine nodig om te starten, vol te houden én niet afgeleid te raken door alles wat er om je heen gebeurt.
Hoe werkt dopamine bij ADHD?
Onderzoekers zien bij mensen met ADHD bijvoorbeeld:
- dat dopamine sneller terug wordt opgenomen. Het verdwijnt sneller uit de kleine contactpunten tussen hersencellen (synapsen). Hierdoor werken de signalen minder lang.
- dat de receptoren (ontvangers van dopamine) anders reageren, ze reageren minder goed.
- dat het brein minder sterk reageert op normale beloningen of motivatieprikkels. Gewone motivatieprikkels werken soms minder sterk.
Hierdoor is het lastiger om aandacht vast te houden, op gang te komen of impulsen te remmen. En hierdoor gaan sommige ADHD’ers op zoek naar sterkere motivatieprikkels (thrillseeking).
Waarom heb je dan soms te veel en soms juist nul aandacht?
Je brein reageert anders op prikkels. Mensen met ADHD kunnen ook hyperfocus hebben. Ze bijten zich urenlang vast in iets dat zij interessant vinden. Dat laat zien dat ADHD niet draait om wilskracht, maar om hoe het brein reageert op prikkels, interesse, spanning en beloning.
Waarom wordt er gezegd dat mensen met ADHD een dopaminetekort hebben?
Vaak wordt dit gezegd, omdat het makkelijk te begrijpen is. Voor veel mensen klinkt een ‘tekort’ logisch en verklaart het de problemen op een simpele manier. Het is dus eigenlijk een versimpeling. De meeste onderzoeken laten zien dat het bij ADHD niet gaat om een simpel dopaminetekort, maar om hoe dopamine in de hersenen wordt gebruikt. Er zijn wel aanwijzingen voor lagere dopamine in sommige hersengebieden, maar hier is nog weinig bewijs van. Voornaamste beeld uit onderzoeken is dat het dopaminesysteem anders werkt.
Wat doet medicatie?
Stimulantia zoals methylfenidaat en dexamfetamine zorgen ervoor dat dopamine langer actief blijft in de hersenen. Hierdoor werken de signalen beter en kun je bijvoorbeeld beter opletten en rustiger worden. Dit betekent niet dat je ‘verslaafd raakt aan dopamine’, maar dat je hersenen met hulp van deze medicatie soepeler communiceren.
Kan je zelf iets doen om je dopamine op orde te krijgen?
Ja, maar dit vervangt meestal niet de behandeling. Dingen die helpen zijn:
- Structuur & planning: hoe minder chaos in je hoofd en omgeving, hoe minder je brein hoeft te compenseren met dopamine. Routine geeft rust en voorspelbaarheid, wat helpt bij focus en motivatie.
- Beweging: sporten zorgt voor een tijdelijke verhoging van dopamine activiteit. Vooral regelmatig bewegen (wandelen, krachttraining, fietsen) helpt je brein gevoeliger te maken voor dopamine.
- Slaap: een moe en uitgeput brein zorgt mogelijk voor snellere dopamine-heropname. Een uitgerust brein laat de dopamine mogelijk langer zijn werk doen.
- Cafeïne: Onderzoek laat zien dat cafeïne tijdelijk de afgifte van dopamine kan verhogen. Maar het effect op ADHD symptomen is niet bewezen. Cafeïne kan bij sommige mensen met ADHD helpen om zich beter te concentreren. Bij anderen zorgt het juist voor onrust, hartkloppingen of slaapproblemen. Het effect verschilt per persoon en vervangt geen medicatie.
- Mini-beloningen: Deel taken op en beloon jezelf. Dat geeft een (kleine) dopamineboost.
- Voldoende zonlicht: Dit ondersteunt het bioritme én de aanmaak van dopamine. Het bioritme is onze interne klok. Als deze verstoord is, kan je sneller moe zijn, je moeilijker focussen en minder goed reageren op dopamine.
Conclusie
Mensen met ADHD hebben dus geen dopaminetekort. Het systeem werkt anders. Zoals professor Jan Buitelaar (Radboud UMC) zegt:“ADHD gaat niet over niet wíllen focussen.
Bronnen
- MacDonald HJ (2024). The dopamine hypothesis for ADHD – 40 jaar onderzoek op een rij. PubMed. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/39619336
- Volkow ND & Spencer T (2023). PET-onderzoek naar dopamine, ADHD en methylfenidaat. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/12685517/
- Hoogman M (2020). Over beloning, creativiteit en ADHD. Radboud/umc. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33035524/
